De wereldbevolking neemt sterk toe: in 2050 wonen er naar schatting 10 miljard mensen op onze aarde. Meer mensen, betekent een grotere behoefte aan voedsel: naar verwachting zal de mondiale voedselvraag de aankomende 28 jaar met maar liefst 60% stijgen.
Hoe optimaliseren we de keten zó, dat we in 2050 die 10 miljard monden kunnen voeden? En: hoe doen we dit op een duurzame manier, die goed is voor onze aarde? Maar vooral: waar beginnen we?
Impact
Om te beginnen bij de meest logische stappen: in Nederland wordt jaarlijks 2 miljard kilo voedsel verspild (1.5 – 2.4 miljoen ton). Dit is het equivalent van een file met bumper aan bumper rijdende vrachtwagens, gevuld met voedsel, van Utrecht naar Barcelona. Die verspilling vindt plaats in de hele keten: van grond tot mond.
Wereldwijd wordt 1/3e van al het voedsel verspild. Dat maakt enorme impact. Als we geen voedsel meer verspillen, is er jaarlijks voor 1,26 miljard mensen extra voedsel beschikbaar. Door niet of minder te verspillen, kunnen we op mondiale schaal dus grote impact maken als het gaat om voedselvoorziening.
Onze voedselketen is verantwoordelijk voor één derde van de totaaluitstoot aan broeikasgassen. Door het gerenommeerde ‘Drawdown Project’, wordt het tegengaan van voedselverspilling als een top 3 oplossing tegen klimaatverandering wereldwijd gezien. Met tot 2050 een geschatte potentiële reductie van uitstoot van broeikasgassen van 90-100 Gigaton. Dit betreft zowel het voorkomen van directe uitstoot doordat er minder voedsel geproduceerd hoeft te worden, als de reductie van indirecte uitstoot door het voorkomen van ontbossing voor landbouw.
Waar moet ik beginnen?
Om antwoord te krijgen op deze vraag sprak SOL met Toine Timmermans, directeur van stichting Samen Tegen Voedselverspilling en Program Manager Sustainable Food Chains bij de Wageningen University & Research (WUR).
Samen Tegen Voedselverspilling
Samen Tegen Voedselverspilling vormt dé beweging van bedrijven en publieke organisaties die hun krachten bundelen voor een gezamenlijk doel: het verminderen van voedselverspilling met de helft vóór 2030. Daarmee houden we in Nederland jaarlijks 1 miljard kilo goed voedsel binnen de keten.
Niet meer, maar anders
“Op het moment wordt er wereldwijd eigenlijk al genoeg geproduceerd voor 10 miljard mensen, maar we benutten die grondstoffen niet effectief, de verdeling van het voedsel is niet goed georganiseerd, en er zitten allerlei verliezen in verschillende delen van de keten door gebrek aan samenwerking of omdat consumenten onvoldoende waarde hechten aan het voedsel.” Vertelt Timmermans.
Het voedsel- en klimaatvraagstuk vraagt om grote veranderingen: een circulaire, verspillingsvrije voedselketen, duurzame productie én duurzame voedselkeuzes. “We hoeven dus niet méér te produceren, maar wel anders, beter én duurzamer.”
Dat is precies waar Stichting Ontwikkelingsfonds Levensmiddelenindustrie (SOL) op inhaakt met het project Food In Transitie 2030. Samen met vaste kennispartners, zoals Samen Tegen Voedselverspilling, netwerken én funding, werken we samen om bedrijven in beweging te brengen op de gebieden waar ze vastlopen. Met duurzame én futureproof oplossingen als resultaat.
Integrale aanpak
De verantwoordelijkheid van voedselverspilling ligt bij iedereen, vindt Timmermans: “De aanpak van Samen Tegen Voedselverspilling betrekt dan ook het hele voedselsysteem: de primaire sector, LMI-bedrijven, retail, out-of-home en consument. Maar ook: overheid, onderwijs en de maatschappij.”
Alleen met een gezamenlijk effort gaan we onze missie voor 50% minder verspilling in 2030 halen (Sustainable Development Goal 12.3 van de Verenigde Naties). Dit gaat alleen gebeuren als sectoren en ketens aan de slag met het in kaart brengen van de omvang en oorzaken van de verspilling, en in actie komen om deze structureel terug te dringen. Daarbij zijn er voor iedere sector quick-wins, oplossingen die klaar liggen om te worden toegepast.
De echte uitdagingen liggen in het maken van betere ketenafspraken en het pakken van de gezamenlijke verantwoordelijkheid om die doelstelling te gaan halen. “Zo werken koplopers uit de dierlijke eiwitketen binnen het Circular Food Center met elkaar samen om nog meer reststromen grootschalig te verwerken tot circulair diervoer. Waardoor hun footprint verlaagd wordt met 50% of meer.” vertelt Timmermans.
Door voedselverspilling integraal aan te pakken, maken we direct een positieve impact op het voedselvraagstuk én het klimaat. Bovendien is het pure winst: voor ondernemers betaalt iedere geïnvesteerde euro in een bewezen oplossing om voedselverspilling te voorkomen zich 14 keer terug.
Uitdagingen
Om een integrale aanpak te laten slagen, is samenwerking vanuit het gezamenlijke belang en voordeel belangrijk. “Om écht over te gaan tot actie, benaderen we partijen niet als onderdeel van het probleem, maar juist als onderdeel van de oplossing”, zegt Timmermans.
Denk aan brood, het product waar qua verspilling nog de meeste winst te behalen valt. “Door juist mét bedrijven uit die sector samen te werken, maken we impact. Zo doen industriële bakkers en retailers massaal mee aan onze bewustwordingscampagne over broodverspilling onder consumenten.” Aldus Timmermans.
Focus op de productiefase
In veel landen is er substantiële uitstoot gekoppeld aan de afvalfase, zeker als voedselresten nog worden gestort, wat in Nederland niet gebeurt. Door beter te focussen op de productiefase in plaats van alleen de verwerkingsfase, kunnen we veel impact maken als het gaat om het reduceren van verspilling.
Als voedselproducent, -verwerker, -verpakker én -transporteur heeft de levensmiddelenindustrie (LMI) hier een substantieel aandeel in. Door te zorgen dat grondstoffen zo effectief mogelijk worden benut en rest- en bijstromen een goede bestemming krijgen kan ieder bedrijf die impact verminderen.
Besparen
“Op het gebied van voedselverspilling, kunnen kleine stappen groot resultaat hebben. Alleen al door een bewuste doelstelling te formuleren, een audit te laten verrichten en vanuit hier actie te ondernemen, dringen bedrijven minimaal 25% van hun voedselverspilling terug.” Vertelt Timmermans.
Naast dat het tegengaan van voedselverspilling positief impact heeft op de keten en het klimaat, leidt het er ook toe dat we op een slimmere manier gaan werken. In potentie bespaart dit geld, menskracht én middelen.
Neem als voorbeeld de verspilling in de Nederlandse broodsector. Hier worden iedere dag 700.000 tot 800.000 meer broden gebakken dan er worden geconsumeerd. Grofweg de helft hiervan wordt bij de consument thuis verspild. In de productieketen betreft het voornamelijk retourstromen vanuit de supermarkten. Het brood dat aan het eind van de dag niet is verkocht, gaat voor een groot deel terug naar de bakkerij en wordt verwerkt tot veevoer.
Dit ketenmodel is niet meer van deze tijd. Zo gaat er bijvoorbeeld te veel energie verloren. Ook kan het niet de bedoeling zijn dat granen die kwalitatief geschikt zijn voor menselijke consumptie, via een omweg als veevoer worden gebruikt. Er valt nog veel winst te behalen in de broodketen. Samen met bedrijven in de keten werkt Samen Tegen Voedselverspilling aan slimme oplossingen en samenwerkingen om de ongewenste retourstromen fors te reduceren.
Concreet aan de slag: Tips van Toine
“Er zijn twee grote, impactvolle dingen die productiebedrijven kunnen doen om voedselverspilling tegen te gaan: hun productie verduurzamen én zo produceren dat alle grondstoffen een waardevolle bestemming krijgen.” Vertelt Timmermans. Duidelijke woorden, maar hoe vertaal je dit door naar concrete acties? Hier heeft hij twee praktische tips voor:
1. Meten is weten
Door een anti-verspillingsdoel te stellen en vervolgens te meten in je eigen operatie – waar en waarom gaan er reststromen verloren? – krijg je een goed overzicht van de verbeterpunten voor jouw bedrijf. Hier kun je vervolgens op bijsturen en slimme oplossingen voor inzetten. Kortom: target, measure, act!
Dit geeft je de gelegenheid om onvermijdelijke reststromen hoogwaardig, circulair verwerken. Hierbij is het essentieel dat je bij alle verbeteringsstappen goed monitort wat het effect is op de totale keten. Het liefst ook in andere schakels van de keten: dat leidt tot de meeste impact.
2. Vouchers voor verspillingsvrije innovaties
Ondernemers met een goed idee om voedselverspilling te voorkomen of voedselreststromen te verwaarden, kunnen kennis, expertise of een financiële bijdrage ontvangen via de voucherregeling van Samen Tegen Voedselverspilling. Daarmee kun je bijvoorbeeld je business case verder ontwikkelen of een innovatie opschalen naar productieniveau. Een voucher, waarvan de waarde ligt tussen € 5.000,- en € 17.500,-, vergoedt de helft van de kosten van het project.
Meer weten over Samen Tegen Voedselverspilling?
Op hun website vind je interessante feiten, cijfers en praktische tools voor LMI-bedrijven.
Food in Transitie 2030: dé manier om aan te haken
Ogenschijnlijk kleine stappen, hebben groot impact op het tegengaan van voedselverspilling, het klimaat en de optimalisatie van onze keten. Maar waar begin je dan als bedrijf? Transitie kan overweldigend zijn, daarom geeft Food in Transitie 2030 bedrijven binnen de levensmiddelenindustrie de kans om aan te haken. Als je geen tijd maakt om je voor te bereiden op de toekomst, behoor je al snel tot de verleden tijd.
Food in Transitie 2030 is een initiatief van Stichting Ontwikkelingsfonds Levensmiddelenindustrie (SOL). SOL is van én voor de sector. Wij gaan graag in gesprek met bedrijven over het futureproof worden én blijven in tijden van transitie.
Geschreven door: Lotte van Keulen
*Dit artikel verscheen in EVMI 3: Ketenoptimalisatie.
*Het programma FIT2030 en alle onderliggende activiteiten worden mede mogelijk gemaakt door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.